zondag 14 december 2008

Waarom tafeltennis toch leuker is dan honkbal!

Op het eerste gezicht hebben tafeltennis en honkbal veel met elkaar gemeen. Het zijn allebei intervalsporten, het zijn teamsporten en er kan gemengd worden gebald, de wedstrijden kunnen lang duren, dik en dun speelt het en jong en oud, er komt een bal bij aan te pas en last but not least: ook een slaghoutje.

Waarom verveel ik me dan regelmatig langs de lijn? Oké, als het meezit schijnt er een lekker zonnetje, maar ja, die schijnt in mijn tuin ook. Daar kom ik niet voor. Ik wil actie zien en…..ik zie dat zo zelden op het veld. Wat valt er eigenlijk te zien?
Laten we maar eens beginnen met de werper. Eerst wordt steeds die onvermijdelijke pet rechtgezet, of juist schuin, ze doen maar wat. Die pet is trouwens heilig in het honkbal. Ooit bedoeld tegen de felle zon, heeft tegenwoordig een beetje honkballer hem vastgenaaid aan zijn pyama. Dan komt er een of andere rare voorbeweging met de armen, gevolgd door een ingehouden karatetrap. Verlaat de bal dan eindelijk die onwijs grote handschoen, dan ben je blij als hij niet voor de slagman op de grond ploft of meters naast of over hem flitst.
Zoeft de bal wel recht op de slagman af, doet deze een krampachtige poging om te slaan, wat meestal resulteert in alweer een gat in de lucht. En als de bal dan wordt geraakt, en laten we daar maar eens van uitgaan, dan zet de slagman een gigasprint in die eindigt in een grenzeloze frustratie, omdat de bal gevangen is en strak wordt gegooid naar het eerste honk (ja, gooien kunnen die jongens) waardoor de slagman naar de dug-out kan terugkeren. De rest van de slagpartij zit op de bank en kijkt meelevend toe onder het uitslaan van de meest wilde kreten die verpakt worden in zogenaamde yells.
De veldpartij hoeft niet zoveel te doen. Dat is een beetje sneue spek-en-bonen-club. De mensen bij de eerste twee honken en de korte stop knappen het meeste vuile werk op, dus ik kan me best voorstellen dat hier en daar in het verre veld wat gegeeuwd wordt.

Nee, dan tafeltennis! Man tegen man, niet leunen op de ander, maar zelf verantwoordelijk zijn voor je eigen prestaties. Flitsende acties achter tafel, waarbij kracht, snelheid en tactiek een grote rol spelen. Materiaal dat zorgvuldig moet worden uitgezocht. Speel je met een snel of langzaam frame, dik of dun rubber, glad of met noppen. Tafeltennis heeft het allemaal.
Wat is er mooier dan bezweet achter tafel vandaan komen met de voldoening een schitterende partij gespeeld te hebben, waarbij je die nieuwe service met succes hebt geïntroduceerd waar je al weken op de training op aan het studeren was. Niets kan het gevoel van gelukzaligheid evenaren van een individuele sporter die, op zijn eigen niveau, een topprestatie heeft geleverd.

Natuurlijk, honkballers doen dat ook, en hoewel ik schromelijk overdreef (maar dat hoort in een column) spreekt het toch wat statische karakter van deze sport me niet zo aan.
Dat ik toch vaak met enige jaloezie veilig achter het hek sta is niet alleen om het vaak fraaie weer, maar vooral om de geweldige teamspirit die er van verreweg de meeste teams uitgaat. Daar kan tafeltennis helaas niet aan tippen, dat komt toch als gekunstelde teamsport niet verder dan een optelsom van individuele prestaties.

Maar dat maakt het ook weer zo mooi. Dat man tegen man gevecht op het scherpst van de snede. En hoe mooi honkbal dan ook mag zijn, tafeltennis is mooier.

Deze bijdrage zal ook verschijnen in "het Hittertje", het clubblad van de honk-en softbalclub De Drachten Diamonds.

De moeite waard om de komende weken te beschouwen, zo dacht de secretaris. Het ga u goed!

woensdag 10 december 2008

De kinderen worden er beter van

Ik had me er zo op verheugd dat Plasterk minister zou worden. Ik was een fan van zijn columns en was het ook heel vaak met hem eens. Toen ik hoorde dat hij onderwijs zou krijgen, dacht ik dat het allemaal uiteindelijk toch goed zou komen. Ik kan niet verhelen dat ik de eerste (bijna) 2 jaar behoorlijk teleurgesteld was. In niets zag ik de flitsende columnist terug. De man die overal een mening over had, die overal verstand van had en het in zulke begrijpelijke taal kon vertellen.
Tot enkele weken geleden. Hij trad eindelijk eens op de voorgrond met een paar goede ideeën. Heel goed is zijn idee met de lancering van Wikiwijs. Een online lessenbank, waar leerkrachten hun lessen neer kunnen zetten, die dan weer door anderen kunnen worden aangevuld en eventueel verbeterd.
Het beste idee was echter om de schoolkeuze na de basisschool enkele jaren uit te stellen. De secretaris wist zich nog te herinneren dat hijzelf in de tachtiger jaren een plan had ingediend bij de gemeente waar hij in het onderwijs werkzaam was, om de basisschool met twee jaar te verlengen. Niet om alleen basisschoolvakken te blijven geven, natuurlijk niet. De stof van het voortgezet onderwijs zou wel aan bod komen. Gespecialiseerde leerkrachten uit het VO zouden naar de basisschool toegaan om die vakken te geven en dan kun je denken aan wiskunde, Frans, scheikunde etc. Vakken als bijvoorbeeld Nederlands, aardrijkskunde en geschiedenis zouden in mijn plan gewoon door leraren basisschool verzorgd kunnen worden. Dat had twee voordelen. Allereers zouden de kinderen in de leeftijd van 12 tot 14 jaar nog gewoon in hun eigen buurt naar school kunnen. Dat geeft biedt langer een vertrouwde omgeving, waarin kinderen zich ongestoord kunnen ontwikkelen. Verder kunnen de lessen gegeven worden zoals dat op een goede basisschool ook gebeurd, nl. met aandacht voor de verschillen tussen de leerlingen. Het zou in mijn plan beslist geen eenheidsworst worden. Zoals onlangs in een prima artikel in de VK verwoord werd: er moet hard worden gewerkt aan het verkleinen van beïnvloedbare verschillen(afkomst etc.), maar er moet ook hard worden gewerkt aan het vergroten van de niet-beïnvloedbare verschillen (aanleg). Een leerkracht aan de Open SG Bijlmer sprak heel treffend: aan een leerling op vmbo niveau vraag je: "Wat zie je" en aan een ander: "Wat denk je dat er gebeurt". De leerlingen op deze school kiezen pas na de eerste twee brugjaren voor een vervolg en hebben, vergeleken met de meeste andere kinderen, twee extra jaren om die keuze te kunnen maken. Er zijn kinderen die dat goed oppakken en al in de twee brugjaren opstromen, iets wat binnen reguliere scholengemeenschappen al lang niet meer mogelijk is.
Op deze manier wordt prima invulling gegeven aan het plan van Plasterk.
Hoe reageert echter de Tweede Kamer, dat vat vol nitwits? Op een enkeling na als door een adder gestoken. "Kreten als "geen stelselwijziging", "blijf van het onderwijs af" en nog meer geblaat gaven maar weer eens aan dat de denkkracht in onze politiek bijkans verdwenen is. Het gaat helaas zelden meer over de inhoud, alleen maar over invloed, profilering en posities.
Hier een advies van de secretaris aan minister Plasterk: Laat je niet gek maken en wijk niet van je plannen af. Ga de discussie aan, want echt: de kinderen worden er beter van.

De secretaris gaat de Kerstdagen in Oostenrijk doorbrengen en de volgende column verschijnt in de laatste week van 2008.

Neem vooral voldoende tijd voor beschouwing.

De secretaris

zondag 23 november 2008

Nederland, let op uw saeck

Nederlanders kom in opstand. Een geruisloze overheersing van gereformeerden in ons land vindt plaats en het gaat zo in het geniep, zoals gewoonlijk bij die lui, dat het klaarblijkelijk iedereen ontgaat. Als je denkt dat het gevaar alleen komt van de zijde van het CDA en de CU zit je er volkomen naast. Ook in de PvdA heeft de grefo toegeslagen. Niet alleen aanvoerder Bos is van zeer gereformeerde huize, maar ook de twee nieuwelingen in het kabinet lusten er wel pap van. Met een premier, twee vice-premiers en diverse ministers en staatssecretarissen met een gereformeerde achtergrond, zullen zij zich in dit kabinet wel snel thuisvoelen. De progressieven hebben zich laten ondersneeuwen en laten zich steeds vaker de kaas van het brood eten. Op deze wijze hebben we ons het rookverbod in de horeca laten aansmeren, een belachelijk verbod dat genomen is met de smoes dat de medewerkers in de horeca in bescherming genomen moeten worden. Dat dit absoluut niet geldt voor kleine café's zonder personeel in dienst maakt de grefo niet uit. Verbieden dat roken! Christelijke barmhartigheid is plots ver te zoeken.
Ook al zo'n onzinnig verhaal is het paddo-verbod. En de limit is toch wel de mogelijke sluiting van de koffieshops. Ondanks alle voorbeelden uit het verleden(drooglegging in de VS) en de waarschuwingen van verstandige mensen in het heden, ziet het er echt naar uit dat de Hollandse Taliban zijn zin krijgt en de tolerantie in Nederland voorgoed de nek wordt omdraaid.
Hoe veel schade moet er worden aangericht door onze eigen Al Grefoquaida voordat het volk in opstand komt. De volgende plannen liggen al klaar. Nadat het medewerkers in winkels al niet meer verplicht kan worden om op zondag te werken en de controle op de koopzondagen ernstig is verscherpt (alsof er geen echte problemen zijn), staat de algehele zondagsrust bij dit kabinet hoog op de agenda voor 2009. We moeten er niet gek van opkijken als de koopzondagen worden verboden en het sporten op zondag alleen wordt toe gestaan buiten de gereformeerde kerktijden. Met al die zondagsdiensten zal in de praktijk blijken dat het sporten alleen mogelijk zal zijn tussen 13 en 16 uur. Alles wat in de afgelopen 30 jaar aan tolerantie en vrijheid is opgebouwd, wordt in een periode van vier jaar volledig afgebroken als we niet oppassen. Het moet ophouden met die bemoeizucht en het stiekem opdringen van hun overtuiging aan anderen. Er zijn gelukkig veel kamerleden die niet van gereformeerde huize zijn, maar die misschien niet doorhebben dat de Taliban ook in Nederland toeslaat. Maak hen wakker en trek ten strijde. Weg met die bemoeiallen.
Ik wens u veel tijd voor beschouwing.
De secretaris

zondag 9 november 2008

Ach, dat MBO

Deborah overweegt om te stoppen met school. Niet omdat ze niet in een kinderdagverblijf wil gaan werken, want dat is haar toekomstdroom. Nee, de opleiding is waardeloos, zoals zoveel MBO opleidingen. Als Deborah op school komt op de dinsdag en aanschuift voor haar eerste les, een blokuur, meldt de schertsfiguur die voor lerares doorgaat dat ze lekker aan hun competenties kunnen gaan werken, smeert hem vervolgens om tegen kwart voor elf met volgeladen boodschappentassen terug te keren. Zo maar een voorbeeld uit het schoolleven van een willekeurige MBO-student. En dit soort voorbeelden zijn er legio. Wat te denken van de uren dat de studenten op school moeten komen voor een vak waar geen leraar voor is, maar ja....de uurtjes moeten gemaakt worden en dus zitten ze met elkaar braaf in de klas huiswerk te maken, maar leren....? Op een nieuwe MBO-opleiding ergens in Nederland hoeven de tweedejaars maar drie dagen in de week naar school. O nee, sorry. Men heeft bedacht dat ze maar een stageplek moeten gaan zoeken. Dit allemaal om te verbergen dat er geen geld genoeg is om voldoende en vooral goede leraren aan te trekken. Leerlingen krijgen op een MBO-school de eerste drie maanden geen Duits, maar dat wordt in het tweede kwartaal goed gemaakt door het aantrekken van een onbenul die, ondanks de kennelijke aanwezigheid van een of andere lesbevoegdheid, geen idee heeft met wat voor leerlingen hij te maken heeft en weken besteed aan tellen in het Duits en het aanleren van de eerste Duitse woordjes. Alsof er geen leerlingen zijn met een VMBO-tl diploma, alsof er geen leerlingen overgestapt zijn uit HAVO-4, leerlingen die vol ambitie en dromen aan hun MBO opleiding zijn gestart. Lekker gemaakt met mooie vierkleurenfolders en prachtige presentaties op open dagen en onderwijsbeurzen. Niet wetende dat het geld gaat zitten in directies en allerlei managementlagen, in prestigieuze schoolgebouwen en reclamecampagnes, maar vooral niet in het onderwijs.
En de kranten duiken boven op de berichten dat steeds meer jongeren voortijdig de school verlaten, roepen schande en eisen maatregelen. De dames en heren volksvertegenwoordigers zijn al niet veel beter en denken alleen maar aan het snelle scoren en willen een spoeddebat. Maar niemand die eens met al die Deborah's gaat praten, en zij willen zo graag.

Ik wens u vooral voldoende tijd voor beschouwing.

De secretaris

zondag 26 oktober 2008

De frustratie van Maxime

Wat ben ik blij dat Maxime Verhagen aan onze kant staat. Het zal je maar gebeuren als natie, dat Verhagen aankondigt dat hij een pittig gesprek met je gaat voeren. Dan worden de grenzen gesloten en wordt alarmfase 1 afgekondigd. Dat overkwam Rusland naar aanleiding van het onderzoek dat is uitgevoerd naar de dood van Stan Storimans. Het onderzoek wees uit dat de dood van de cameraman van RTL nieuws werd veroorzaakt door een clusterbom en laat Rusland nou het enige land zijn in de regio dat in het bezit is van dit wapen. "Tijd voor een pittig gesprek" aldus onze Maxime. De ambassadeur wordt op het matje geroepen en ik stel me graag voor hoe zo"n gesprek er uit ziet: "
De ambassadeur komt binnenstappen in de grote werkkamer van onze minister die zetelt achter zijn imposante bureau. Stoel en bureau staan op een soort podium, zodat Maxime altijd op zijn gesprekspartner neerkijkt. Voor het bureau van Maxime staat een stoel, van hout uiteraard en met rechte leuning. Daarnaast ligt een matje. "Goedendag meneer de ambassadeur" zegt Maxime dan, "gaat u maar op het matje staan. Ik wil u hiermee laten merken dat de Nederlandse regering boos is en als ik zeg boos, dan bedoel ik ontzettend boos. Ik weet niet of u al eens een boze Jan-Peter heeft gezien, maar dat is echt geen leuk gezicht."
"Nee, dat begrijp ik"stamelt de ambassadeur ontdaan. "Ik kan alleen maar zeggen dat de conclusies uit het onderzoek niet juist zijn!"
"Wat" buldert onze minister van Buitenlandse Zaken, "durft u te beweren dat ons onderzoek niet deugt?" En hij gaat er eens extra goed voor zitten, dit belooft leuk te worden. De ambassadeur Kirill Gevorgian kleurt tot ver achter de oren.
"Nee, natuurlijk niet" stottert hij verder, "maar er kan toch een foutje gemaakt zijn?"
"Wij Nederlanders maken geen foutjes in onze onderzoeken" blaft Maxime vanuit zijn hoogte. "Ik wil dat u het grote ongenoegen van de Nederlandse regering overbrengt aan het Kremlin en wel onmiddellijk."
"Uiteraard, meneer de minister. Ik zal de boodschap overbrengen en ik denk dat de heren Medvedev en Poetin zeer onder de indruk zullen zijn. Ik ben ervan overtuigd dat u spoedig van hen zult horen" en met deze woorden spoedde de ambassadeur zich weer naar de Laan van Meerdervoort, alwaar hij bulderlachend zijn superieuren informeert over het gesprek met dat megalomane mannetje uit Nederland.
Ik meen te weten dat Maxime Verhagen dit soort gesprekken regelmatig in zijn dromen voert. Wat zou hij graag af en toe de grote landen de les lezen. Wat zou hij graag Szarkozy, Brown of Bush op de vingers tikken. Hij was eigenlijk te groot voor Nederland, is zijn dagelijks terugkerende verzuchting. En als het hem allemaal weer eens teveel wordt, leeft Maxime zijn innerlijke frustratie uit op de Antillen of België.
Dus als u, waarde lezer, weer eens een gewaagde uitspraak van onze Maxime over een klein landje leest, dan weet u waar zijn lef vandaan komt.
Tot over twee weken,
De secretaris

zondag 12 oktober 2008

Houdbaarheid

Het lijkt de secretaris een goed idee om voor allerlei leidinggevende en bestuurlijke functies een maximale termijn vast te stellen waarop de functie in een organisatie bekleed mag worden. Over het algemeen kan gesteld worden, dat na een termijn van zes tot acht jaar het goed is voor de organisatie in kwestie, maar ook voor de persoon zelf om te gaan "verkassen".

Veel mensen hebben onvoldoende lef of het ontbreekt ze aan zelfvertrouwen om te vertrekken uit een functie die ogenschijnlijk goed bevalt. Maar degenen die toch een overstap maken naar dezelfde functie in een andere organisatie (kan heel verfrissend zijn), of nog mooier: zij die aan heel iets anders, iets nieuws gaan beginnen zeggen na een tijdje allemaal: "Dat had ik veel eerder moeten doen". Vandaar het woordje "ogenschijnlijk", want niet alleen de mensen knappen er van op, maar ook de organisaties die zij achterlaten en die zij komen versterken worden er beter van.

En laten we wel wezen! Leerkrachten die tientallen jaren op dezelfde school werken, dat kan toch niet. Burgemeesters die drie of nog meer termijnen van zes jaar blijven zitten, wethouders, gemeentesecretarissen, afdelingshoofden die inmiddels onderdeel van het meubilair zijn geworden, daar is toch sprake van sleur, routine, tunneldenken en gaat er toch niets verfrissends meer van uit.


Nee, de secretaris is voor het vaststellen van termijnen en stelt voor dat bestuurders niet langer dan 2 termijnen mogen aanblijven en dat ambtenaren en semi-ambtenaren gaan werken met een contract van vijf jaar, eenmalig te verlengen met drie jaar. En dan.....wegwezen. Per provincie zou gemakkelijk een poule kunnen worden opgericht waarin alle ambtenaren worden ondergebracht, zodat het ruilen gemakkelijk tot stand kan worden gebracht.

Dit lijkt de secretaris een zegen.

zondag 28 september 2008

Als je maar weet wat je ervoor terugkrijgt

De secretaris is van oorsprong wat avontuurlijk ingesteld, maar hecht toch ook aan enige zekerheden. Zo wil de secretaris graag zeker weten dat het veilig is op straat, dat er goed onderwijs wordt gegarandeert, dat het openbaar vervoer goed geregeld is, dat de gezondheidszorg in orde is, dat de buitenruimte goed wordt onderhouden, dat de secretaris kan rekenen op een uitstekende energievoorziening en dat hij prima wordt verzorgd als zijn oude dag is aangebroken. De secretaris is in deze gevallen sterk gekant tegen het huidige beleid, waarbij er van wordt uitgegaan dat al dit soort zaken beter over gelaten kan worden aan de marktsector, alleen omdat het op die manier zuiniger en effectiever kan. Zuiniger klopt vaak wel, maar dat betekent meteen een groot kwaliteitsverlies en het is goed voor de portemonnee van de managers/directeuren die over de ruggen van de gebruikers grote sommen geld opstrijken.
Dit blijkt tegenwoordig wekelijks uit de de berichtgeving in de media. Voorbeelden te over: busvervoer dat zich langzamerhand dreigt terug te trekken van het platteland, ouderenzorg waar regelmatig mensonterende voorbeelden van te lezen zijn, en ziekenhuizen die de zorg voor hun patiënten kennelijk ondergeschikt maken aan commerciële belangen.
De secretaris stelt derhalve voor om de marktwerking af te schaffen en geprivatiseerde onderdelen in genoemde sectoren weer onder de staat te brengen. Ook een aantal zelfstandige beroepsgroepen moeten voortaan in loondienst gaan werken. De secretaris vindt wel dat er beter betaald moet worden in een aantal beroepen en dat de onzinnige Balkenende-norm afgeschaft moet worden, op zijn minst aanzienlijk opgehoogd.
Hoe ziet dat nieuwe landschap er dan grofweg uit in de visie van de secretaris?

Openbaar vervoer komt weer in handen van de staat, waarbij de uitvoering in handen kan komen van de provincies. Ziekenhuizen worden eveneens genationaliseerd en artsen komen in loondienst. Geldt ook voor huis- en tandartsen overigens. In deze sector mag de Balkenende-norm voor directeuren en specialisten best worden verhoogd, om te zorgen dat er voldoende aanbod en kwaliteit is. Ook in energiesector wordt de privatisering ongedaan gemaakt en vindt er geen splitsing plaats tussen netwerkbeheer en leverantie. Verzorging- en verpleegtehuizen komen weer in handen van staatsorganen en iedereen is verzekerd van een kwalitatief uitstekende 'oudedagsvoorziening'.

Dit is een beetje het beeld dat de secretaris wil schetsen voor een toekomst, waarin de invloed van de markt op de 'primaire' levensvoorwaarden aanzienlijk wordt teruggedrongen. Dat de belastingen daarvoor zouden moeten stijgen is geen problee, als je maar weet wat je ervoor terugkrijgt.

zaterdag 6 september 2008

NEDERIKA

Je hoeft niet veel verstand te hebben van politiek om te beseffen dat de laatste kabinetten ons land niet bepaald vooruit hebben geholpen. Integendeel zelfs, misschien dat juist het ontbreken van enig ‘Haags besef’ tot voordeel spreekt.
Dit zoveelste Kabinet onder leiding van Balkenende maakt er echter helemaal een potje van. Van ons eens zo tolerante landje blijft onder de hypocrisie van normen en waarden weinig meer over. Spijbelaars harder aanpakken middels huiscontrôles, ouders korten op kinderbijslag als hun kroost de fout ingaat, blowen in de openbare ruimte verbieden, zo kan ik nog wel even doorgaan, maar het zijn allemaal trieste uitingen van eigen kortzichtig beleid. Grove beleidsfouten op onderwijs en een verregaande veramerikanisering van de samenleving zorgen ervoor dat ons land in een glijdende schaal terecht is gekomen.

Een van de grootste onderwijsblunders, zo niet de grootste, blijkt wel WSNS te zijn. U weet wel: de gedachte dat kinderen met min of meer ernstige leer-en gedragsproblemen niet automatisch naar het speciaal onderwijs worden verwezen, maar het best op de gewone school kan blijven. Daar zullen leerkrachten nauwelijks gehinderd door enige kennis van zaken, maar wel belast met grote klassen en allerlei administratieve rompslomp, die kinderen op hun eigen niveau moeten begeleiden. Dat lukt dus niet met als gevolg dat het peperdure voortgezet speciaal onderwijs alsmede het VMBO, met name in de lagere sectoren, uit zijn voegen barst. Neem daarnaast de talrijke leerkrachten in het VO die nog lesgeven als in grootmoeders tijd en niet beseffen dat deze generatie jongeren alleen geboeid worden door op een nieuwe manier les te geven, voeg dit bij het voortdurende gerommel met het Studiehuis en het probleem van ongemotiveerde jongeren is voor een groot deel verklaard. Een gotspe is echt dat in Den Haag het idee schijnt te circuleren dat de scheiding tussen regulier en speciaal basis-onderwijs rond 2010 helemaal kan verdwijnen. Dat zou geen blunder zijn, maar een ramp.

Deze regering vindt van zichzelf dat ze hard loopt en grote stappen neemt. Het vervelende is echter dat ze alleen maar hard achter Amerika aanlopen. Ik heb een hekel gekregen aan de woorden ‘marktwerking en privatisering’, die uit de VS zijn komen overwaaien en hier op een verschrikkelijke manier huishouden in onze samenleving. Door de marktwerking zijn de taxi’s en notarissen, om maar eens een paar voorbeeld en te noemen, alleen maar duurder geworden. Sinds de privatisering van het openbaar vervoer kan nauwelijks van verbetering gesproken worden en het is niet moeilijk te voorspellen dat door de splitsing van de energiebedrijven ons dezelfde ellende te wachten staat als aan de overkant van de grote plas: verwaarloosde netwerken, waardoor grote storingen niet uit kunnen blijven. Pro Rail is daar overigens een mooi voorbeeld van.
Ook de idee dat iedere burger wel voor zichzelf kan zorgen zal een idee-fixe blijken te zijn. Net zomin als veel mensen overstapten naar een ander energiebedrijf, wordt jaarlijks weinig gebruik gemaakt van de mogelijkheid naar een andere zorgverzekeraar te switchen. Daar zijn een aantal redenen voor: Mensen overzien het niet, de overstap voor een paar tientjes per jaar loont nauwelijks de moeite of het wordt financieel onmogelijk gemaakt.
Het was niet moeilijk voorspellen dat de premies aanvankelijk bewust ‘laag’ zijn gehouden en dat ze in de komende jaren tot exorbitante hoogte zullen stijgen, waardoor net als in Amerika er naar schatting 10 tot 15 % van de bevolking onverzekerd zal blijven.

Het maken van afspraken omtrent het halen van ‘targets’, ook al zo’n Amerikaans onding, leidt tot strategisch gedrag en daarvan zijn voorbeelden te over, denk alleen maar eens aan het afrekenen van de kwaliteit van basisscholen op de zgn. Cito-toets. Dat leidt er bijvoorbeeld toe dat zwakke leerlingen die toets niet hoeven te maken en zelfs in sommige gevallen wordt aangeraden zich ziek te melden. De les die we kennelijk in dit land niet willen leren is, dat het evident is dat het stellen targets niet altijd leidt tot het gewenste resultaat.

Het is jammer dat je in dit land niet goed weet waar je aan toe bent. Steeds reken je erop dat het gezonde verstand gaat zegevieren en dat we onze eigen koers gaan varen, maar steeds vaker merk ik dat we onze samenleving op Amerikaanse leest gaan schoeien. Deels uit onbenul en gebrek aan creativiteit, deels omdat de hervormingen aanvankelijk geld opleveren. Dat de maatschappelijke kosten op lange termijn de pan uit zullen rijzen lijkt de huidige bewindvoerders niet te deren.

Ik stel daarom voor ons land aan Amerika te verkopen. Dat levert op korte termijn heel veel geld op en op lange termijn? Ach we zien wel…… Het bespaart in ieder geval veel geld, want als 51e staat kunnen we volstaan met een gouverneur (Johan Cruyff?) ondersteund door een klein ambtenarenapparaat. En de naam voor die nieuwe staat ligt voor de hand als we Nederland en Amerika ineenvoegen: Nederika.

maandag 25 augustus 2008

Geen Oldambt a.u.b.

Vroeger was de secretaris een kei in topografie. Al op de lagere school haalde hij de ene 10 na de andere en er was vrijwel geen gemeente die hij niet kende. Of ze het nu hadden over Sibbe, Peize, Venhuizen of Baarland, hij wist op zijn minst in welke richting je moest rijden om in de buurt te komen.
Dat dit met het klimmen der jaren wel wat achteruit zou gaan had hij wel verwacht. Hij heeft zich daarin ook berust.
Wat het tegenwoordig wel extra gecompliceerd maakt is dat merkwaardige polderen bij gemeentelijke herindelingen. Men kiest bij een herindeling vooral niet voor de meest praktische naam, een naam die iedereen kent, maar men bedenkkt een compleet nieuwe naam. Dat wordt dan een naam behorende bij een streek, die behalve de autochtonen door niemand wordt herkend, of eentje uit een historisch archief. Dit allemaal om te verbergen dat men het er politiek niet over eens kon worden om de nieuwe gemeente de naam te geven van de meest bekende ‘oude’ gemeente.
Weet iemand nog waar die heen moet als je naar De Wijde Meren gaat? Je denkt toch op zijn minst aan Friesland, maar nee….je moet richting ’s Graveland, Kortenhoef en Loosdrecht. Waarom niet gewoon gekozen voor de gemeente Loosdrecht? Daar heeft iedereen wel eens van gehoord.
En wat te denken van De Ronde Venen (Mijdrecht, Vinkeveen enz) of Noordenveld (Roden, Norg e.a.).
Toppunt was onlangs wel de nieuwe naam voor de fusiegemeenten Sassenheim, Voorhout en Warmond. Teylingen heet deze nieuwe gemeente.
Een secretaresse van de secretaris vindt het volstrekt voorspelbaar dat, indien Delfzijl en Appingedam ooit gaan fuseren, gekozen zal gaan worden voor de gemeente Fivelingo.
De secretaris vindt echt dat dit verboden zou moeten worden.
Een fusiegemeente moet de naam hebben die hoort in een topografisch rijtje, een naam waarvan iedereen in Nederland wel eens gehoord heeft en waarbij ook een topografische minkukel ongeveer weet welke kant hij op moet rijden als hij daar in de buurt moet zijn. Vooral dus een naam die herkend wordt door de TOMTOM.
De secretaris heeft dit ooit meegegeven aan de dames en heren politici die zich straks gaan buigen over de naam voor de nieuwe gemeente in het Oldambt. Deed men er iets mee? Nee!!!!! Helaas!!!!
De eigen verantwoordelijkheid wordt weer eens ontlopen. De bevolking mag stemmen. Op zich vindt de secretaris dit niet eens onredelijk. Jammer is het wel, dat men al wel bepaald heeft uit welke namen de burgers voor de nieuwe gemeente kunnen kiezen, zonder dat hiervoor eerst kaders zijn opgesteld. Dan hadden kaders als naamsbekendheid en aanwezigheid op de ANWB-borden hierbij betrokken kunnen worden. De oproep van de secretaris aan de bevolking van Scheemda, Reiderland en Winschoten is dan ook de volgende: Ga alsjeblieft voor die naamsbekendheid. Kies voor een gemeente die in de TOMTOM staat, een naam die iedereen kent vanuit de topografie. Kies dus voor …..Winschoten!!!!!

woensdag 20 augustus 2008

Olympische positivo's

De secretaris is een echte sportliefhebber. Als het zou kunnen, zou hij de hele dag voor de TV zitten om alles te volgen van wat uit China tot ons komt aan sportvertier. Waar de secretaris zich echter wel over opwindt is het grenzeloze chauvinisme dat bij zo'n evenement de kop opsteekt, bij het nationalistische af. Alles is prachtig, mooi en geweldig en soms voldoen deze superlatieven niet voor de verslaggevers om onder woorden te brengen wat ze voelen. Eigenlijk zijn het geen verslaggevers maar ordinaire supporters, die op kosten van de belastingbetaler twee weken lang kun favorieten kunnen volgen en hun prestaties kunnen verslaan voor het volk. Vergeten zijn de kritische vragen en vergoelijkt worden de falende sportprestaties. En die zijn er. Naast de geweldige verrichtingen van individuele sporters (o.a. Willy Kanis, Li Jie, Li Jiao, Anky van Grunsven) en sportteams (dames en heren hockey, dames waterpolo) vallen er natuurlijk vele teleurstellingen te noteren. Een teleurstelling is volgens de secretaris niet dat er geen medaille wordt gehaald al was er door 'experts' wel rekening mee gehouden. De secretaris vindt dat een sporter teleurstelt als hij of zij ver uit de buurt van zijn eigen topprestatie blijft. Wat bijvoorbeeld te denken van Theo Bos, Marianne Vos, Mark Huizinga, Rutger Smith en het voetbalelftal. Allemaal beantwoordden zij aan de definitie van de secretaris voor een sportieve teleurstelling.
Belangrijker nog is het ontbreken van de kritische journalist. Hoe kan dat nou, Marleen? Je blijft ruim een halve seconde van je pr verwijderd. Je zwemt als een beginneling. En Rutger? Het kwam toch allemaal in orde? Niemand hoefde zich toch ongerust te maken? En Dennis, was het dan toch beter geweest om Grim Vuijsters te sturen?
Nee, niets van dat al. "Jammer", "Volgende keer beter", "Wat een pech", "Het zat inderdaad niet mee", dat was het enige dat gehoord kon worden van de onafhankelijke verslaggevers. Geen enkele kritische noot. Iedereen die teleurstelde kon zich achter excuses verschuilen die uiteraard ruimschoots voorhanden waren. En het gemakkelijkst van iedereen kwam Jacco Verharen er vanaf. Vrijwel zijn hele zwemploeg heeft gefaald, op een prachtige gouden voor de 4 x 100 meter vrije slag estafette van de dames na dan. Niet één keer werd hij genadeloos aan de tand gevoeld, zelfs niet één kritisch vraagje werd hem gesteld. Nee, Jacco faalde niet. Het lag aan de sporters. Natuurlijk wordt alles nog eens rustig geëvalueerd, worden er lessen getrokken enz. enz., maar aan de begeleiding lag het uiteraard niet.

De secretaris vraagt zich af of de verslaggevers hun kritische vragen soms niet meer durven stellen, omdat ze bang zijn dat de sporters ze een volgende keer negeert, dat ze niet meer op de persconferenties worden toegelaten. Als dat zo is, moet er nodig wat veranderen. Het merendeel van die sporters wordt ondersteund door het NOC/NSF. Voorwaarde voor die ondersteuning zou moeten zijn dat de pers altijd te woord moet worden gestaan, ook al zijn ze terecht kritisch.

De secretaris wordt namelijk erg moe van al die positivo's in China

maandag 4 augustus 2008

Verbeterplan voor het onderwijs

Alom is er (veelal terechte) kritiek op de kwaliteit van de opleiding tot leraar basisonderwijs en in het verlengde daarvan op dit onderwijs zelf. De minister probeert het vak aantrekkelijker te maken door er maandelijks een paar tientjes bij te doen, bruto wel te verstaan, en op de Universiteit van Utrecht gaat men starten met een wetenschappelijke opleiding. Allemaal goed bedoelde initiatieven die niet de kern van het probleem raken. De Secretaris heeft op de Franse stranden een aantal verbeterpunten genoteerd die weliswaar geld kosten, maar daadwerkelijk ook leiden tot een aanzienlijke kwaliteitsimpuls.
1. Splits de opleiding in een gedeelte voor de groepen 1 t/m 4 en voor de hoogste 4 groepen.
2. Leerkrachten die "breed" inzetbaar willen zijn (de Secretaris kan het woor bijna niet meer horen) moeten een extra jaar volgen om de ontbrekende bevoegdheid te halen.
3. Meer aandacht voor vakken als psychologie, pedagogiek en didactiek.
4. Hoog niveau van eigen vaardigheid, tenminste op gebied van Nederlandse taal en rekenen/wiskunde.
5. Opdoen van grote vaardigheid in het omgaan met de computer en kennis van toepassingen van de computer in het onderwijs.
6. Veel aandacht voor nieuwste ontwikkelingen, aandacht die verder gaat dan kennis maken met (bijvoorbeeld digitale schoolbord).
7. Bijscholing van leraren van de opleiding tot universitair niveau.
8. Invoering van schakeljaar voor MBO-studenten die naar de Pabo willen.
9. Aparte mogelijkheid voor specialisaties in techniek, muziek, tekenen en gym.
10. Basisscholen moeten verplicht vakleerkrachten aanstellen voor de vakken genoemd onder 9.
11. Basisscholen krijgen een administratief medewerker per 6 leerkrachten. Taken o.m. zorg dragen voor een deugdelijke klasseadministratie, assisteren bij bepaalde vakken, mede organiseren van klasse- en schoolactiviteiten, ouderavonden etc.
12. Bijscholing niet meer na schooltijd, maar op hoog niveau gedurende een week in de zomervakantie.
13. Jongens die de opleiding tot leraar basisonderwijs afmaken en tenminste vijf jaar in dat basisonderwijs werken, krijgen met terugwerkende kracht alle studiekosten vergoed.
14. Het hele WSNS verhaal wordt opnieuw bekeken, gebleken is in de praktijk dat het in de huidige vorm niet werkt.

Ongetwijfeld is dit rijtje niet limitatief, maar de secretaris acht het uitvoeren van dit 14 puntenplan een eerste stap op weg naar herstel.

woensdag 30 juli 2008

Dat lijkt nergens op, NTTB

De Secretaris heeft over het algemeen weinig vertrouwen in de kwaliteit van bestuur van kleine sportbonden en helaas slaagt de aloude pingpongbond erin om zelfs dit geringe vertrouwen te beschamen. De Secretaris voelt zich genoodzaakt op de barricaden te klimmen en op te komen voor de belangen van elke tafeltennisser in het Noorden. Wat is er nl. aan de hand. In de 2e week van maart heeft de, inmiddels opgeheven ttv De Boys, een zaak aangespannen bij de arbitragecommissie van de NTTB tegen het besluit van de competitieleider van de Afdeling Noord een eventuele promotie van het tweede team van de Boys te verbieden. De zaak ging echter verder dan dat, want de spelers van de Boys 2 waren helemaal niet geïnteresseerd in promotie. Vrijwel alle spelers van de sympathieke vereniging wilden dat de competitieleider nu eens goed de hand zou gaan houden aan een basisregel van het competitiereglement, nl. dat de teams naar sterkte moeten worden opgesteld. Je zou zo kunnen zeggen dat de zaak van de Boys eigenlijk een zaak was van algemeen belang.
Wat gebeurde er na het indienen van het verzoek bij de arbitragecommissie?
De Secretaris weet dat er n.a.v. de schriftelijke klacht van de Boys een verweerschrift is opgesteld door de hoofdcompetieleider van Noord en de Secretaris heeft uit zeer betrouwbare bron vernomen dat ttv de Boys daarop een uitstekende reactie in 2e termijn het licht heeft doen schijnen. Het was het wachten op de reactie in 2e termijn van de afdeling en dan zou de arbitragecommissie snel uitspraak doen. Het bleeft echter angstwekkend stil rond deze zaak. Daartoe aangespoord door de Secretaris is er vanuit de Boys maar weer eens een mailtje gestuurd naar het secretariaat van de arbitragecommissie met de vraag of deze zaak soms te moeilijk was voor de hoge heren. Begin juli viel bij de ttv de Boys een brief om de mat, met daarbij gevoegd het verzoek van de voorzitter van de afdeling Noord van 27 mei tot verlenging van de reactietermijn tot eind juni. Dit omdat de competitieleider om persoonlijke reden zijn taken had neergelegd. De voorzitter van de arbitragecommissie meldde dat hij er voorhands van uitging dat na ontvangst van de reactie vanuit de afdeling Noord er spoedig een uitspraak zal komen van de arbitragecommissie.
Het is nu eind juli, de Secretaris gaat morgen op vakantie en heeft maar eens geïnformeerd bij de vertegenwoordiger van de Boys of er al iets bekend is.
NIETS!!!!!!!!
Dat betekent dat of de afdeling geen stuk heeft produceerd of dat de zaak echt te moeilijk is voor de scheidsrechters uit Zoetermeer. Nog waarschijnlijker is het dat de zomervakantie zorgt voor een volgende vertraging en dat de uitspraak pas in de loop van augustus komt.
Alle teams zijn al opgegeven, de poule-indelingen zijn gemaakt, de competitie start in de week van 8 september en de Secretaris las hier en daar al team-samenstellingen die duidelijk blijk geven van minachting van het bewuste artikel van het competitiereglement. Winst of verlies van deze zaak maakt dus niet meer uit. De Secretaris heeft aan de vertegenwoordiger van de Boys gevraagd om er toch nog maar een mailtje tegenaan te gooien en spreekt tegelijkertijd uit dat het geringe vertrouwen waarvan in de aanvang van dit artikel werd gerept is gereduceerd tot nul.

dinsdag 29 juli 2008

Jan Brouwer vs K: 2 - 3

Jan heeft gevochten als een leeuw, maar het heeft niet mogen baten. Op maandag 28 juli om 13.35 uur overleed onze beste Boy in zijn slaap. Kon hij menigmaal uit geslagen positie terugkomen en de overwinning uit het vuur slepen, ditmaal was hij kansloos. Wat ons rest zijn slechts herinneringen aan een aimabele man. Aan zijn respect voor de tegenstander en zijn sportiviteit kunnen velen een voorbeeld nemen. De self-made pingponger die altijd ontevreden was over zijn eigen prestatie. Of hij nu 30 % speelde of 80, het kon altijd beter. Nog uren kon hij, ook na een gewonnen wedstrijd, balen van die gemiste 'makkelijke' bal in de eerste game.
Geen 'Ach man! meer als hij een bal miste, geen 'Sorry hoor' als hij een punt scoorde.
Wel de wetenschap dat Jan een fantastisch leven heeft geleid. Want daarover was hij in ieder geval wel heel tevreden.

Rust in vrede, Jan. En doe de groeten aan Ad.